Door Kamerleden Klaver en Bromet is een initiatiefvoorstel voor een Wet duurzame aanpak stikstof ingediend. (Kamerstukken II, 2020/21, 35444, nr.2 (wetsvoorstel)). In Bouwrecht 2020/71 is opgenomen een artikel van A. Collignon en E.C. Berkouwer: De Wet natuurbescherming, stikstof en de bouwpraktijk na de PAS-uitspraken: waar staan we? De auteurs zien in de jurisprudentie en regelgeving gunstige ontwikkelingen voor de bouw. Ten eerste wordt de depositiewinst door de snelheidsverlaging op de rijkssnelwegen ingezet voor het verlenen van vergunningen voor woningbouw en zijn hier ontwerpbesluiten voor gepubliceerd. Definitieve besluitvorming en een mogelijke rechterlijke toets zullen moeten uitwijzen of dit voor de bouw ook inderdaad de gewenste verlichting biedt. Wel blijkt al uit de jurisprudentie dat al dan niet tijdelijke deposities met de juiste uitkomsten uit een voortoets of een passende beoordeling doorgang kunnen vinden. Een meer generieke oplossing zoals een drempelwaarde laat echter nog op zich wachten. De wetgever neemt daarbij naar ons oordeel een te afwachtende houding aan waardoor er vooralsnog ook nog geen concreet zicht is op de – ook door de Commissie Remkes – geadviseerde bouwdrempel. Ook op overige vlakken zou de wetgever wat ons betreft meer en snellere concrete stappen kunnen zetten, zoals duidelijkheid over een vergunningplicht bij (intern) salderen. De Afdeling bestuursrechtspraak hakt hier hopelijk wel op korte termijn knopen over door. Tot slot, en dat is helaas ook het sluitstuk in de wetgevingstrajecten tot nu toe, wijzen we op het broodnodige natuurherstel. Het is wachten op het wetsvoorstel (Wsn) en concrete uitvoeringsprogramma’s die naar verwachting dit jaar zullen verschijnen.