Uitspraak van de meervoudige kamer van de rechtbank Den Haag. Eisers kunnen zich niet verenigen met de op grond van de Wnb verleende ontheffing voor ganzenbeheer. Verweerder heeft onvoldoende gemotiveerd waarom het voorkomen van belangrijke schade aan gewassen noodzaakt tot het reduceren van de ganzenpopulaties tot de streefstanden zoals opgenomen in het Faunabeheerplan. Dat de concrete dreiging van belangrijke schade niet ook al bij de aanwezigheid van grotere populaties voldoende kan worden weggenomen, blijkt onvoldoende uit het bestreden besluit. Verweerder heeft zodoende niet inzichtelijk gemaakt dat het bestreden besluit niet verder gaat dan strikt noodzakelijk is om belangrijke schade aan gewassen te voorkomen. Het bestreden besluit berust in zoverre niet op de vereiste nauwkeurige en treffende motivering. Daarnaast heeft verweerder onvoldoende gemotiveerd waarom de veiligheid van het luchtverkeer noodzaakt tot het terugbrengen van de betrokken ganzenpopulaties naar de streefstanden uit het Faunabeheerplan. Dit geldt ook voor de bescherming van flora en fauna. Het bestreden besluit kan niet in stand blijven, omdat dit in strijd is met artikel 3:46 van de Awb. Het bestreden besluit wordt vernietigd. Rechtbank Den Haag, 06-08-2024, ECLI:NL:RBDHA:2024:12663.