De vraag die in het hoger beroep moet worden beantwoord is of de pachter een agrarische onderneming drijft die voldoet aan de eisen van bedrijfsmatig gebruik. Het hof oordeelt dat op basis van de door de pachter verstrekte bedrijfsgegevens niet kan worden geoordeeld dat sprake is van een bedrijfsmatige exploitatie. De toelichting ter zitting heeft geen genoegzame onderbouwing die de verpachter de benodigde aanknopingspunten voor bewijslevering kan leveren. In elk geval sporen de door de pachter genoemde aantallen en cijfers niet met de van het bedrijf opgemaakte stukken. Op grond van een en ander heeft de pachter dus niet voldaan aan zijn gehoudenheid ter motivering van zijn betwisting van de stellingen van de verpachter feitelijke gegevens te verschaffen, teneinde de verpachter aanknopingspunten voor eventuele bewijslevering te verschaffen. Daarmee is de stelling van de verpachter niet genoegzaam weerlegd en dient het hof als vaststaand aan te nemen dat pachter geen agrarische onderneming drijft die voldoet aan de eisen van bedrijfsmatig gebruik. Hof Arnhem-Leeuwarden 10-07-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:6293